Wanneer moet een bimetaalthermometer worden geijkt?

Bimetaalthermometers zijn verreweg de meest gebruikte thermometers. Door hun eenvoudige ontwerp zijn ze gemakkelijk in massa te produceren, en hoewel ze een lage prijs hebben, zijn ze toch vrij nauwkeurig. Maar hoe weet je wanneer je hem moet kalibreren? Of is dat gewoon niet nodig? In deze blog bekijken we waarom en wanneer u uw bimetaalthermometer moet kalibreren.

Hoe werkt een bimetaalthermometer?

Bimetaalthermometers werken door de stijging of daling van de temperatuur om te zetten in een mechanische verplaatsing via een bimetalen strip in de steel van de thermometer. De bimetalen strip bestaat uit twee aan elkaar bevestigde metalen. De gebruikte metalen kunnen koper, messing of staal zijn. Omdat de twee metalen verschillend uitzetten of krimpen wanneer de temperatuur stijgt of daalt, zorgt het verschil ervoor dat de indicator beweegt. Het verschil in uitzetting wordt ook wel uitgelegd als een verschil in thermische uitzettingscoëfficiënt. De indicator is bevestigd aan een wijzerplaat aan de voorkant van de thermometer, met temperatuurindicaties naast de wijzerplaat. Wanneer de indicator wordt bewogen door een temperatuurstijging, kunnen we dat visueel zien door de wijzerplaat te inspecteren.

Waarom is kalibreren belangrijk?

Kalibreren is het gemakkelijkst uit te leggen als ervoor zorgen dat een thermometer nauwkeurig is. Dit gebeurt door te testen of de bimetaalthermometer aangeeft wat hij moet aangeven door hem te vergelijken met iets waarvan u de temperatuur kent. Bij bimetaalthermometers kunt u de thermometer afstellen met de moer onder de wijzerplaat. Kalibratie is belangrijk wanneer u zeker moet zijn van de meting van uw thermometer. Lees voor meer veelvoorkomende vragen onze recente blog over 4 veelvoorkomende vragen over temperatuurkalibratie.

Wanneer moet u uw bimetaalthermometer kalibreren?

Bimetaalthermometers kunnen door verschillende oorzaken aan nauwkeurigheid inboeten. Wanneer u vermoedt dat een van de volgende zaken het geval is, moet u waarschijnlijk een eenvoudige kalibratie uitvoeren om te zien wat er aan de hand is:

• De thermometer is nieuw uit de doos. Vooral wanneer u de leverancier of fabrikant niet zo goed kent, is het waarschijnlijk een goed idee om op zijn minst te controleren of de thermometer in de buurt komt van de nauwkeurigheid. Als de thermometer wordt geleverd met een geldig ijkrapport, hoeft u hem niet te testen. Dit betekent dat de leverancier of de fabrikant van het product de nauwkeurigheid heeft getest en de thermometer eventueel ook heeft gekalibreerd. In een geldig ijkrapport staat wanneer dat is gebeurd, door wie en hoe nauwkeurig de thermometer is bevonden.
• U of iemand anders heeft de thermometer op de grond laten vallen. Hoewel dit onbeduidend lijkt, kan de val de moer achter de wijzerplaat een beetje verschoven hebben. Omdat een klein beetje al te veel kan zijn in termen van nauwkeurigheidsverlies, moet u waarschijnlijk controleren of de nauwkeurigheid nog in orde is.
• U schakelt de thermometer over op een ander temperatuurbereik. Dit is vooral het geval als de thermometer lange tijd in een bepaald temperatuurbereik is gebruikt. Als het verschil tussen het nieuwe en het oude bereik groot is (laten we zeggen twee of half zo groot) dan is het een goed idee om de nauwkeurigheid te controleren. Een langere blootstelling aan een bepaald temperatuurbereik kan de thermometer minder gevoelig of zelfs minder nauwkeurig maken in andere temperatuurbereiken.
• De thermometer is lange tijd opgeslagen geweest. Vergelijkbaar met de vorige reden, maar waarschijnlijk intuïtiever. De thermometer heeft veel tijd doorgebracht op een plank, zodat de thermometer waarschijnlijk minder gevoelig is voor andere temperatuurbereiken waaraan hij zal worden blootgesteld.
• Als u vermoedt dat de aangegeven temperatuur niet nauwkeurig is. Dat ligt voor de hand, maar als de thermometer dingen begint aan te geven die u niet gelooft, is het een goed moment om de nauwkeurigheid ervan te controleren. Een veel voorkomend voorbeeld hiervan is dat uw AC in de kamer is ingesteld op 21°C, maar dat de bimetaalthermometer iets van 24°C aangeeft. Dit zou een duidelijk teken zijn dat de thermometer gekalibreerd moet worden.

Oke, dus nu hoe het te repareren!

De redenen zijn eenvoudig, dus de remedie is net zo eenvoudig. Er is een gemakkelijke manier om bimetaalthermometers te ijken, want ze hebben een moer op de achterkant van de wijzerplaat die handmatig kan worden bijgesteld. Om te ijken zet u eerst een glas of emmer klaar (afhankelijk van de grootte van het inzetstuk) en vult u deze helemaal met ijs. Vervolgens voegt u koud water toe om het geheel te vullen en laat u het een paar minuten staan. Na een paar minuten kunt u de thermometer erin steken. Zorg ervoor dat de steel van de thermometer zoveel mogelijk ondergedompeld is, anders beïnvloedt de omgevingslucht uw meting. Wanneer de indicator tot rust komt, controleer dan of hij 0°C aangeeft. Zo niet, stel dan de moer bij (terwijl de thermometer er nog in zit) zodat de thermometer 0°C aangeeft. Nu bent u klaar. De thermometer zou nu zo nauwkeurig moeten zijn als u hem kunt maken zonder gekalibreerde apparatuur te gebruiken.

Als er strenge eisen aan uw thermometer worden gesteld, kunt u een nauwkeuriger temperatuurkalibratie overwegen. U kunt meer lezen over temperatuurkalibratie in ons andere artikel over de 4 belangrijkste stappen om temperatuurinstrumenten te kalibreren.

U hebt uw thermometer dus gekalibreerd, maar de reactietijd is nu onvoldoende! Hoe kunt u dit oplossen? Bekijk WIKA's blog over de verschillen in reactietijd tussen gasgeactiveerde en bimetaalthermometers en ga na of u misschien wilt upgraden naar een gasgeactiveerde thermometer.